Column: Is het volk te redden? Over vrouwelijke interventie in - TopicsExpress



          

Column: Is het volk te redden? Over vrouwelijke interventie in noodsituaties. REGIO | 03 juli 2013 | Door Marianne Wulms – Hovens, dichtbijredacteur 1 / 2 ROERMOND - Twee kleinere exposities in hartje stad staan in het teken van zingeving. De Holocaust vormt een verbindende schakel tussen de expositie Joodse onderduikkinderen – in het Historiehuis te zien tot 12 januari 2014 – en een ‘beeldige’ verwijzing naar een Bijbelse oorlogsgeschiedenis. Houtsculptuur ‘Ester’ is te zien in de kathedraal. Inmiddels is het de derde tentoonstelling van Jean Notten met geheel nieuwe inbreng. Door Marianne Wulms – Hovens Het vrouwenportret is meer dan een uiterlijke impressie. Het is een verwijzing naar het gebed waarmee deze Bijbelse Ester de juiste woorden hoopte te vinden om de Joden te redden. Redsters, dat waren de vrouwen van het Roermondse gezin Jetten ook in oorlogstijd. Lieke Hiegentlich spreekt het letterlijk uit in de documentaire: ‘Zij is een tijdje van ons geweest’, te zien in het souterrain van Bibliorura in de Neerstraat. Voor mij was het bijzonder om mijn moeder terug te zien op een foto uit 1946 die ik wel kende, maar je verwacht het niet om deze op een fotowand terug te zien. Gelukkig begaf zij zich niet buiten de paden en was zelfbehoud haar redding tegen verraderlijke mijnenvelden. Documenten uit de tijd van de Tweede Wereldoorlog en foto’s die gezicht geven aan mensen die gedwongen waren te overleven met allerlei ontberingen worden afgewisseld met kleurige schilderijen van Herman Silbernberg. Ze hebben een zelfde soort dagboekwerking als lezen in ‘Het Achterhuis’ van Anne Frank. Aan de Roermondse markt had de familie van Lieke (Rosalie) Hiegentlich een groothandel in manufacturen. Van deze nering in wollen garens en gebreid goed rest de herinnering, wat bleef zijn de boeken van de schrijver in de familie, Jacob. Zijn meest bekende werk is roemrucht: ‘Het zotte vleesch’. ‘Het vochtige park’ en ‘Met de stroom mee’ zijn ook titels van deze auteur. Ze liggen in een vitrine naast een brief aan ‘Mijn lieve Roeltje’ waarin zowaar Mathieu Boessen wordt geïntroduceerd door een vrouwelijke kunstliefhebber, die een aankoop deed. De kunstenaar wordt getypeerd als een huisschilder waarvan het stuk héél Frans is, van Dongenachtig. Voor wie niet in de ellende ondergedompeld werd, was er dus toch iets te genieten, zoals van een doek waarop een huis met lichtgroene bomen ervoor en een wit hekje. De onderduiktijd werd getekend door verdwijningen, verlatenheid, het van elkaar gescheiden zijn, maar ook door nieuwe verbondenheid. Jean Notten weet dit laatste invoelbaar te maken in de kathedraal, niet alleen met de redster Ester maar ook met een beeld als Ger lach us. In een begeleidend boekje met teksten zegt hij over dit ‘humoristische’ beeld, voorzien van een brievenbus met ‘geen reclame’: ‘ooit was een heus kasteel mijn deel. Er ging geen dag voorbij waarop geen feest, toernooi of wilde braspartij. Maar dan .. als uit een droom ontwaakte ik, ontdekte ik het ware leven: niet te nemen doch te geven. Sedertdien is een holle boom my castle and my home’. En ook hij was een onderduikkind .. hoboïst Han de Vries, die na zijn pensionering kunstschilder werd. Via ‘Uitzending gemist’ van zondag 23 juni, Ned. 2, is de documentaire ‘Die ellende is een goudmijn’ te volgen. Nuchter constateert hij dat het leven oninteressant is als alles alleen maar goed gaat.. Wie nog meer Bijbelse inspiratie wil ervaren kan in Utrecht de tentoonstelling ‘Russische ikonen ontmoeten Westerse kunst’ bezoeken in Museum Catharijneconvent. Gesterkt door alle taferelen zal niemand, man of vrouw, er nog aan twijfelen of het volk te redden is. Want dat is het altijd, zoals het spreekwoord zegt: ‘Als de nood het hoogst is, is de redding nabij’.
Posted on: Sun, 07 Jul 2013 09:13:25 +0000

Recently Viewed Topics




© 2015