Politieke correctheid – de wraak van het marxisme Posted on 24 - TopicsExpress



          

Politieke correctheid – de wraak van het marxisme Posted on 24 april 2013 door E.J. Bron Screenshot_6 (Door: Fjordman) Ik heb mensen die zijn opgegroeid in de voormalige communistische landen horen zeggen dat wij, in het Westen, minstens zo gehersenspoeld zijn door het multiculturalisme en de politieke correctheid als zij ooit waren door het communisme, misschien zelfs nog meer. Zelfs in de hoogtijdagen van het Oostblok waren er dissidente groepen in deze landen actief. Het angstaanjagende is dat ik soms vind dat ze gelijk hebben. Maar hoe is dat mogelijk? Hebben wij dan geen vrijheid van meningsuiting? En wij hebben toch geen Goelag? Het simpele feit ligt er dat we nooit de Koude Oorlog zo beslissend hebben gewonnen als we die zouden hebben moeten winnen. Ja, de Berlijnse Muur viel, en de Sovjet-Unie stortte in. Dit nam de militaire bedreiging voor het Westen weg en de meest gestaalde vorm van marxisme liep een klap op, waardoor dat zijn geloofwaardigheid als economisch alternatief verloor. Een van de echt grote fouten die we maakten, nadat de Koude Oorlog was beëindigd, was dat het socialisme toen door ons dood werd verklaard en dat er dus niets meer aan de hand was. Nu, bijna een generatie later, ontdekken we dat de marxistische retoriek en de manier van denken elke laag van onze samenleving hebben doordrongen, van de universiteiten tot aan de media. Het islamitisch terrorisme wordt uitgelegd als ‘een gevolg van armoede, onderdrukking en marginalisering’ wat een klassieke, marxistische interpretatie is. Wat er gebeurde is, dat terwijl het ‘harde’ marxisme van de Sovjet-Unie mogelijk is ingestort, althans voor nu, het ‘zachte’ marxisme van Westers links eigenlijk sterker is geworden, deels omdat we het als minder bedreigend beschouwden. De ‘harde’ marxisten hadden intercontinentale kernraketten en zeiden openlijk dat ze ons zouden ‘begraven’. De ‘zachte’ marxisten praten over tolerantie en lijken minder bedreigend, maar hun doel om het boze, kapitalistische Westen omver te werpen blijft hetzelfde. In feite zijn ze gevaarlijker, juist omdat ze hun ware doeleinden verbergen en die voorzien van andere etiketten. Misschien moeten we spreken van ‘verborgen socialisme’, in plaats van ‘zacht socialisme’. Screenshot_8 Een van de lezers van het Fjordman blog heeft er eens op gewezen dat we na de Koude Oorlog nooit een grondig proces van demarxificatie hebben gehad, dat vergelijkbaar is met de denazificatie na WO2. Hij dacht aan de voormalige Sovjet-Unie en aan de landen in Oost-Europa, maar hij had hun marxistische medestanders moeten meerekenen, hun sympathisanten en apologeten in het Westen. We zijn nooit volledig de confrontatie aangegaan met de ideologie van het marxisme en hebben nooit aangetoond dat het lijden van honderden miljoenen mensen een direct gevolg was van de marxistische ideeën. We hebben alleen maar aangenomen dat het marxisme dood was en gingen verder, waardoor we aan veel van zijn idealen toestonden om nieuwe vormen aan te nemen en waardoor veel voorvechters ervan, die soms vervuld waren van wraak en van een hernieuwde ijver om weer een aanval op het kapitalistische Westen uit te voeren, ongestoord met hun werk konden doorgaan. Daar betalen we nu de prijs voor. Niet alleen heeft het marxisme kunnen overleven, het groeit voorspoedig en is in sommige opzichten sterker geworden. Linkse ideeën over het multiculturalisme en de-facto open grenzen hebben in werkelijkheid de toon gezet in het publieke debat, hun critici worden verguisd en gedemoniseerd. Omdat ze hun bedoelingen onder etiketten als ‘antiracisme’ en ‘tolerantie’ verborgen hielden, hebben de linksen een mate van censuur op de publieke discussie bereikt, waarvan ze nooit hadden kunnen dromen als zij openlijk hadden verklaard dat het hun bedoeling was om de westerse beschaving radicaal te veranderen en haar fundamenten te vernietigen. De linksen zijn na de Koude Oorlog ideologische wezen geworden, of misschien moeten we hen ideologische huurlingen noemen. Hoewel ze het economisch alternatief voor het kapitalisme niet hebben verwezenlijkt, is hun haat voor het kapitalistische systeem nooit verdwenen, die is alleen maar omgezet in andere vormen. Het multiculturalisme is gewoon een ander woord voor ‘verdeel en heers’; verschillende etnische en culturele groepen worden tegen elkaar uitgespeeld en de samenhang van de westerse samenleving wordt van binnenuit vernietigd. Screenshot_13 De mensen die in de voormalige communistische landen woonden, wisten op zijn minst en gaven ook toe dat ze deelnamen aan een gigantisch sociaal experiment, en dat de media en de autoriteiten hen voorzagen van propaganda om hun steun voor dit project te versterken. Maar in het zogenaamde vrije Westen nemen we deel aan een gigantisch sociaal experiment van multiculturalisme en islamitische immigratie, dat net zo radicaal, utopisch en potentieel gevaarlijk is als het communisme en dat ernaar streeft om onze hele maatschappij van onder tot boven te veranderen, en nog steeds weigeren we om zelfs maar te erkennen dat dit gebeurt. In Noorwegen, een klein Scandinavische land dat tot voor kort voor 99% uit blanke en Lutherse christenen bestond, zullen de autochtone Noren binnenkort een minderheid in hun eigen hoofdstad zijn en later in het hele land. En toch houden de Noorse politici, journalisten en hoogleraren met nadruk vol dat we ons daarover geen zorgen hoeven te maken. Het multiculturalisme is niets nieuws, en immigratie is dat evenmin. Inderdaad werd onze koning een eeuw geleden geboren in Denemarken, dus als we een hoofdstad hebben die gedomineerd wordt door Pakistani, Koerden, Arabieren en Somaliërs dan is dat een normale gang van zaken. De omvangrijkste verandering van het land in duizend jaar, waarschijnlijk in de geschiedenis, wordt dus behandeld alsof het de gewoonste zaak van de wereld is. Als men maar laat doorschemeren dat hiermee misschien iets mis is, dan wordt dat meteen overstemd door geschreeuw over ‘racisme’. Eric Hoffer heeft opgemerkt dat “het voor de hand ligt dat een massabeweging, die bekeerlingen wil maken, alle bestaande groepsbanden moet verbreken als die beweging een aanzienlijk aantal aanhangers wil winnen. De ideale potentiële bekeerling is de persoon die op zichzelf staat, die geen groep heeft waar hij in op kan gaan en waarin hij zichzelf kan verliezen om zo de kleinzieligheid, zinloosheid en armzaligheid van zijn individuele bestaan te maskeren. Waar een massabeweging het collectieve verband zoals familie, stam, land, enz. in een toestand van ontwrichting en verval aantreft, daar valt zij aan en haalt de oogst binnen. Als de beweging verbanden aantreft die goed functioneren, dan moet zij die [eerst] aanvallen en verstoren”. Dit komt precies overeen met het gedrag van een groot deel van westers links in onze tijd. In Duitsland ontleedt Hans-Peter Raddatz in zijn boek ‘Allahs Frauen’ de destructieve houding van het multiculturalisme, dat wordt ondersteund door veel ambtenaren, journalisten, politici en advocaten in Duitsland en in de EU. In het bijzonder documenteert hij hoe de Duitse Groene Partij een programma heeft voor de ontmanteling en het ontbinden van de christelijke ‘Leitkultur’ of de gemeenschappelijke cultuur, die tot nu toe het fundament van Duitsland en van het Westen is geweest. Raddatz denkt dat de decennia van islamitische immigratie worden gebruikt als een instrument om de gevestigde gewoontes, de normen en de opvattingen af te breken, die links eerder heeft geprobeerd af te breken langs de weg van (sociaal) economische belangen. Via invloedrijke posities binnen de media, de publieke instellingen en het systeem van het onderwijs werken deze multiculturalisten aan een groter project dat tot vervanging van de westerse beschaving moet leiden, die volgens hen is mislukt. Screenshot_9 Een Noorse krant, genaamd ‘Dagens Næringsliv’, bracht het feit aan het licht dat de grootste ‘antiracistische’ organisatie in het land, ‘SOS Rasisme’, zwaar werd geïnfiltreerd door communisten en extreme linksen. Ze infiltreerden de organisatie in de late jaren 1980 en in de vroege jaren ’90, met andere woorden, gedurende de val van het communisme in Oost-Europa. Ze gingen rechtstreeks van het communisme over tot het multiculturalisme, wat zou aangeven dat op zijn minst een aantal van hen het multiculturalisme zagen als de voortzetting van het communisme met [gebruikmaking van] andere middelen. Het spreekt boekdelen over de nauwe band tussen het economisch marxisme en het cultureel marxisme. Ze hebben alleen verschillende middelen om dezelfde doelen te bereiken. Een groot deel van politiek links is gewoon bezig om zijn tegenstanders als ‘het kwaad’ af te schilderen in plaats van rationele argumenten tegen hun ideeën in te brengen. Het aanbrengen van etiketten zoals ‘racist’ of zelfs ‘fascist’ op iedereen die kritiek heeft op de massale immigratie of op het multiculturalisme is zo gewoon geworden dat de Noorse anti-islamisten er een nieuw woord voor hebben bedacht: “Hitling,” dat in het Engels grofweg zou kunnen worden vertaald als ‘doen als Hitler’. De logica achter ‘hitling’ is ongeveer als volgt: “Je hebt een baard. Adolf Hitler had ook gezichtshaar, dus je moet wel net zo als Hitler zijn. Adolf Hitler vond honden leuk. Je hebt ook huisdieren, je moet net als Hitler zijn. Adolf Hitler was een vegetariër. Je houdt van wortelen, je bent net als Hitler”. Iedereen van de rechtervleugel kan worden besmeurd met dergelijke beschuldigingen. Vreemd genoeg is het omgekeerde bijna nooit het geval. Hoewel het marxisme in de loop van de 20e eeuw mogelijk 100 miljoen mensen heeft gedood en in elke samenleving waarin het ooit is uitgeprobeerd heeft gefaald, lijkt ‘links zijn’ er niet door te zijn besmet. Het feit dat de linksen hiermee weg kunnen komen en er aanspraak op maken dat ze het morele gelijk in ruime mate aan hun kant hebben, bewijst overduidelijk dat we de Koude Oorlog niet hebben gewonnen. We waren na de val van de Berlijnse Muur niet meer op onze hoede en we hebben nooit naar behoren de ideologie erachter aan de kaak gesteld. Daar krijgen we nu de rekening voor gepresenteerd en dat achtervolgt ons. Een lid van een anti-immigratie partij in Groot-Brittannië verklaarde dat als iemand in het Groot-Brittannië van de 21ste eeuw als racist aan de kaak wordt gesteld dat ‘hetzelfde is als wanneer iemand in de middeleeuwen gebrandmerkt wordt als heks’. Hij heeft waarschijnlijk gelijk, wat betekent dat het antiracisme letterlijk een moderne heksenjacht is geworden. Naomi Klein, een Canadese activiste en auteur van het boek ‘No Logo’, is een lieveling van westers links. Ze beweert dat de werkelijke oorzaak van het islamitisch terrorisme het westers racisme is, dat terug te voeren is tot de persoonlijke ervaringen van Sayyid Qutb, de theoreticus van de moderne Islamitische Jihad, toen hij in de late jaren 1940 in de Verenigde Staten was. “Het echte probleem”, concludeert ze, “is niet te veel multiculturalisme, maar te weinig”. “Meer multiculturalisme”, beweert ze, “zou terroristen beroven van wat altijd hun grootste instrument voor werving is geweest: ons racisme”. Robert Spencer is echter niet zo onder de indruk van de logisch consequente of van de historische kennis van Klein: ‘De wereld-veranderende woede van Qutb’? Komt die woede echt van Qutb? Kan het hedendaagse islamitisch terrorisme werkelijk aan hem worden toegeschreven en aan zijn ervaring met racisme in Colorado? Men zou verwachten dat, als dat zo was, er geen bewijs zou zijn van de politieke of gewelddadige islam, dat dateert van voor 1948. Maar in feite is de Moslimbroederschap, waarvan Qutb deel uitmaakte, niet opgericht in 1948, maar in 1928, en niet door Qutb, maar door Hasan Al-Banna. Het was Al-Banna, niet Qutb, die schreef: “In de [islamitische] traditie is er een duidelijke indicatie van de verplichting om de mensen van het Boek [dat wil zeggen, Joden en christenen] te bestrijden, en van het feit dat God de beloning van degenen die tegen hen vechten verdubbelt. De jihad is niet tegen polytheïsten alleen, maar tegen allen die de islam niet omarmen”. Paul Berman is het ook niet eens met de interpretatie van Klein. Volgens hem laat het boek van Qutb, ‘Sociale Rechtvaardigheid en de islam’ uit de jaren 1940 zien dat, zelfs voor zijn reis naar de Verenigde Staten, Qutb ‘vrij goed was ingepast in zijn islamitisch fundamentalisme’, hoewel het misschien erger geworden is na zijn ontmoetingen met de westerse ‘immoraliteit’. Volgens Berman was het echt gevaarlijke onderdeel van het Amerikaanse leven, naar het oordeel van Sayyid Qutb, “niet het kapitalisme of het buitenlands beleid of het racisme of de rampzalige cultus van de onafhankelijkheid van vrouwen. Het echt gevaarlijke bestanddeel was de scheiding tussen kerk en staat in Amerika – de moderne politieke erfenis van de oude christelijke verdeling tussen het heilige en het seculiere”. De getrouwe voorvechters van de islam moesten zich verzamelen in wat Qutb in zijn boek ‘Mijlpalen’ een voorhoede noemde. Deze voorhoede van ware moslims zou het kalifaat doen herleven en de islam gaan uitdragen over de hele wereld, net als Mohammed dat had gedaan. Zowel ‘Mijlpalen’ als delen van misschien wel het belangrijkste werk van Qutb ‘In de schaduw van de Koran’ zijn online beschikbaar in het Engels. In ‘Milestones’ schrijft hij dat de Jihad zal voortduren totdat de hele wereld in overeenstemming is met de islam en dat “de islam in deze wereld is gekomen om Allahs heerschappij op aarde te vestigen”. “De islam heeft het recht om alle obstakels die op zijn pad komen te verwijderen. De islam heeft ook het recht om alle hindernissen in de vorm van instellingen en tradities over de hele wereld die hiermee in strijd zijn te vernietigen”. “Allahs heerschappij op aarde kan slechts worden vastgesteld door middel van het islamitische systeem”. Wat heeft dit te maken met westers racisme? Waarom is de Jihad al begonnen zo’n duizend jaar voor het westerse kolonialisme ooit de islamitische landen zelfs maar heeft aangeraakt? Hoe zit het met de tientallen miljoenen mensen die in India vermoord zijn als gevolg van de Islamitische Jihad? Was dat ook te wijten aan westers racisme? Naomi Klein redeneert niet op die manier, ze beschuldigt het Westen gewoon. En ze is bepaald niet de enige die lijdt aan deze waan. Screenshot_12 In een reactie op de jihadistische rellen in Frankrijk in het najaar van 2005 verklaarde de filosoof Alain Finkielkraut: “In Frankrijk zouden ze heel graag deze rellen reduceren tot hun sociale dimensie, door die terug te brengen tot jongeren uit de voorsteden die in opstand komen tegen hun situatie, tegen de discriminatie waaronder zij lijden, tegen de werkloosheid. Het probleem is dat de meesten van deze jongeren zwarten of Arabieren zijn, met een islamitische identiteit. Kijk, in Frankrijk zijn er ook andere immigranten van wie de situatie moeilijk is – Chinezen, Vietnamezen, Portugezen – en zij nemen geen deel aan de rellen. Daarom is het duidelijk dat dit een opstand is met een etnisch-religieus karakter. Deze mensen werden behandeld als rebellen, als revolutionairen. (…) Ze zijn ‘interessant.’ Ze zijn ‘de verworpenen der aarde’. Stel je even voor dat zij blanken waren, zoals in Rostock in Duitsland. Iedereen zou meteen hebben gezegd: ‘Fascisme zal niet worden getolereerd.’ Als een Arabier een school met een fakkel in brand steekt, is het rebellie. Wanneer een blanke man het doet, is het fascisme. Kwaad is kwaad, het maakt niet uit van welke kleur dat komt”. In een interview met het Deense weekblad ‘Weekendavisen’ zei Finkielkraut dat “Racisme het enige is wat nog woede kan opwekken onder de intellectuelen, de journalisten en mensen in de ‘entertainment business’, met andere woorden, de elite. De cultuur en de religie zijn ingestort, alleen het antiracisme is overgebleven. En het werkt als een intolerante en onmenselijke afgoderij”. “Een leider van een van de organisaties tegen racisme had het lef om naar de acties van de politie in de Parijse voorsteden te verwijzen als naar ‘etnische zuivering’. Zo’n uitdrukking die wordt gebruikt voor de Franse situatie wijst op een opzettelijke manipulatie van de taal. Helaas hebben deze waanzinnige leugens het publiek ervan overtuigd dat de vernielingen in de buitenwijken moeten worden gezien als een protest tegen uitsluiting en racisme”. “Ik denk dat de verheven gedachte van ‘de oorlog tegen het racisme’ geleidelijk verandert in een afschuwelijk onjuiste ideologie. En dit antiracisme zal voor de 21ste eeuw zijn, wat het communisme was voor de 20e eeuw: Een bron van geweld”. Misschien zijn de Fransen ten prooi gevallen aan het nihilisme van Jean-Paul Sartre? Roger Scruton schreef over deze voortdurende invloed in ‘The Spectator’: “De Fransen zijn niet hersteld van Sartre en misschien zal dat ook nooit gebeuren. Want zij hebben moeten leven met een intellectueel establishment dat consequent de twee zaken heeft verworpen die het land bij elkaar houden: het christendom en het begrip Frankrijk. De antiburgerlijke houding van de linkse intellectuelen is deel van de politiek geworden en heeft ervoor gezorgd dat er een elite is ontstaan voor wie niets meer vaststaat, behalve de afwijzing van de nationale identiteit. Het is dankzij deze elite dat het waanzinnige project van de Europese Unie onuitwisbaar in het Franse politieke proces staat gegrift, hoewel de Franse bevolking het afwijst. Het is aan deze elite te danken dat de massa-immigratie in Frankrijk van niet aan/inpasbare moslimgemeenschappen zowel gestimuleerd als gesubsidieerd is. Het is aan deze elite te danken dat het socialisme zo stevig is verankerd in de Franse staat dat niemand dat nu kan hervormen”. ‘De mens kan niet bij ontkenning alleen leven’. Karl Marx heeft zelf verklaard dat “De betekenis van vrede de afwezigheid van verzet tegen het socialisme is”, een gevoel dat bijna exact overeenkomt met de islamitische idee dat ‘vrede’ de afwezigheid van verzet tegen de islamitische heerschappij betekent. Het cultureel marxisme – oftewel de politieke correctheid – en de islam delen dezelfde totalitaire opvattingen en zijn het instinctief met elkaar eens over hun verzet tegen de vrije discussie en over het idee dat de vrijheid van meningsuiting moet worden ingeperkt wanneer het ‘beledigend’ is voor bepaalde groepen. Ex-moslim Ali Sina merkt op dat ‘er weinig verschil is tussen links en de islam’. Wat aan beide geloofsbelijdenissen ontbreekt, is dat men aan de (zogenaamde) Gouden Regel vasthoudt. Net als voor moslims alles wat islamitisch is a priori juist en goed is en alles wat onislamitisch is a priori verkeerd en slecht, behoort voor links alles wat onderdrukt wordt a priori links toe en (daarom) is links goed en alles wat rechts is, is a priori onderdrukkend en slecht. Feiten doen er niet toe. Gerechtigheid wordt bepaald door wie je bent en niet door wat je hebt gedaan”. “Politieke correctheid is een intellectuele ziekte. Het betekent opportunistisch liegen als de waarheid niet loont. Deze praktijk is zo wijdverspreid en zo algemeen geworden dat die als normaal wordt beschouwd”. Sina citeert ook historicus Christopher Dawson en schrijft: “Het is gemakkelijk genoeg voor het individu om een negatieve houding van kritische scepsis aan te nemen. Maar als de samenleving als geheel afstand gedaan heeft van alle positieve overtuigingen, is die niet meer in staat om zich te verzetten tegen de desintegrerende effecten van egoïsme en van persoonlijke belangen. Elke samenleving berust in laatste instantie op de erkenning van gemeenschappelijke beginselen en gemeenschappelijke idealen, en als zij geen enkel moreel of geestelijk beroep op de loyaliteit van haar leden doet, zal zij onvermijdelijk uit elkaar vallen”. Dit zal het eindresultaat van het multiculturalisme zijn en men vermoedt dat het daar in de eerste plaats ook om te doen was. Screenshot_15 Een andere ex-moslim, de schrijver Ibn Warraq, bracht een bezoek aan Denemarken om zijn boek ‘Waarom ik geen moslim ben’ op de markt te brengen. In een interview verklaarde Ibn Warraq dat vooral onder links er een postkoloniaal schuldgevoel bestaat, dat een bijna onoverkomelijke belemmering vormt voor elke kritiek op de islam en op de Derde Wereld culturen. De linksen hebben op die manier hun eigen universele waarden opzij gezet ten behoeve van een gevaarlijk relativisme. Ibn Warraq wees erop dat meer dan vijftig jaar nadat het Westen zijn kolonies in de Derde Wereld verliet, de linksen nog steeds alle kwalen van Afrika en het Midden-Oosten op de voormalige koloniale machten schuiven, terwijl dezelfde linksen slechts tien jaar na de val van het communisme in Rusland problemen in Rusland toegeschreven aan ongebreideld kapitalisme. “Links weigert om elders antwoorden te zoeken. Tegelijkertijd zijn ze, als gevolg van de leer van Marx, gewend om voor alles naar economische verklaringen te zoeken. Bijgevolg zoeken ze de verklaring voor het islamitisch terrorisme in de economische situatie waarin ze verkeren. Maar het is een groot mysterie voor mij hoe 200 doden in Madrid de armen in de islamitische wereld kunnen helpen”. De ex-president van Tsjechië, Vaclav Klaus, die persoonlijke ervaring heeft met leven onder het socialisme, waarschuwt dat het misschien niet zo dood is als velen lijken te denken: “We kunnen waarschijnlijk met zekerheid zeggen dat de ‘harde versie’ van het communisme voorbij is”. Echter, “vijftien jaar na de val van het communisme ben ik, meer dan aan het begin van haar zachtere (of zwakkere) versie, bang voor de sociaaldemocratie, die – onder verschillende namen, zoals bijvoorbeeld ‘de verzorgingsstaat’ – is uitgegroeid tot het dominante model van het economisch en sociaal systeem van de huidige westerse beschaving. Zij is gebaseerd op een grote en betuttelende overheid, op uitgebreide regulering van het menselijk gedrag en op inkomensherverdeling op grote schaal”. “Het expliciete socialisme heeft zijn aantrekkingskracht verloren en het zou niet aanwezig moeten zijn als de belangrijkste rivaal van onze huidige opvattingen”. Klaus waarschuwt dat onliberale ideeën in verschillende vormen een comeback maken: “Deze ideeën zijn echter in veel opzichten vergelijkbaar met de oude socialistische opvattingen. Er is altijd een beperking (of afgedwongen inperking) van de menselijke vrijheid, er is altijd een ambitieus sociaal beleid, er is altijd een aanmatigend ‘aan anderen (tegen hun wil) dwingend opleggen van iets wat goed is’ door degenen (de goeden) die gezalfd zijn (Thomas Sowell)”. “De huidige bedreigingen van de vrijheid kunnen verschillende ‘hoeden’ opzetten, ze kunnen misschien hun ware aard beter verbergen, ze kunnen meer van de wereld zijn dan voorheen, maar ze zijn – in principe – dezelfde die zij altijd waren”. “Ik heb de milieubeweging in gedachten (met haar principe van ‘De aarde op de eerste plaats, niet de vrijheid´), het radicale mensenrechtenactivisme (op basis - zoals de Jasay het precies stelt – van niet nader te noemen rechten en hun opvattingen over ‘gerechtigheid’) , de ideologie van een ‘civic society’ of een communitaristische* gemeenschap, waarin het gemeenschappelijk denken prevaleert, wat niets minder is dan een versie van het postmarxistische collectivisme dat privileges wil voor georganiseerde groepen en als gevolg daarvan een nieuw soort feodaal stelsel is dat ten dienste staat van de samenleving. Ik heb ook het multiculturalisme, het feminisme en de apolitieke technocratie in gedachten (op basis van de afkeer van de politiek en de politici), het internationalisme (en vooral de Europese variant genaamd het Europeanisme) en als een snel groeiend fenomeen noem ik het NGO-isme”. *Communitaristen zijn van mening dat alleen een in een gemeenschap ingebedde mens in staat is, zich een oordeel te vormen over de grondslagen van wat gerechtigheid is: alleen waar een gemeenschap of gemeenschappen bestaan, kunnen zich voorstellingen van gedeelde waarden en normen ontwikkelen, concepties van wat goed en kwaad is en alleen daar kan daarover ook in politieke zin zinvol onderhandeld worden. Communitaristen beklemtonen de afhankelijkheid van de mens van de gemeenschap, wat in scherpe tegenstelling staat met de liberalistische opvatting, voor zover die het primaat eenzijdig legt bij het onafhankelijke individu. Communitaristen sluiten een onafhankelijk oordeel van het individu binnen de gemeenschap niet uit, maar geven er de voorkeur aan om te spreken van een sociaal individu. In het bijzonder Charles Taylor en Alasdair MacIntyre hebben dit concept verder uitgewerkt. Vladimir Boekovski is een voormalig Sovjet dissident, schrijver en mensenrechtenactivist. Hij was een van de eersten die het gebruik van psychiatrische opsluiting tegen politieke gevangenen in de USSR naar buiten bracht en hij bracht in totaal twaalf jaar in Sovjet-gevangenissen door. Hij woont nu in Engeland en hij waarschuwt voor een aantal van dezelfde antidemocratische impulsen in het Westen, met name in de EU, die hij beschouwt als een erfgenaam van de Sovjet-Unie. In 2002 sloot hij zich aan bij de protesten tegen het verplichte kijkgeld van de BBC, dat hij ziet als “zo’n middeleeuwse regeling, dat ik er gewoon tegen moet protesteren”. “Het Britse volk wordt gedwongen om geld te betalen aan een corporatie die het vrije woord onderdrukt – en die opvattingen verkondigt waar ze het niet per se mee eens is.”Hij heeft de BBC verwenst om hun ‘vooroordelen en propaganda’, “vooral vanwege verhalen die betrekking hebben op de EU of op het Midden-Oosten. “Ik zou graag willen dat de BBC de opvolger werd van de KGB en mij opsloot in de gevangenis, omdat ik vrijheid van meningsuiting eis. Niets zou duidelijker laten zien wie ze zijn”. Screenshot_16 Hij is niet de enige die moe is van wat hij als de linkse vooringenomenheid van de BBC beschouwt. Michael Gove, een conservatief parlementslid, en de politieke commentator Mark Dooley klagen over de eenzijdige verslaggeving van bepaalde thema’s: “Neem bijvoorbeeld de verslaggeving van de BBC over de overleden Yasser Arafat. In een geruchtmakende uitzending van 2002 werd hij geprezen als een ‘icoon’ en een ‘held’, maar er werd geen melding gemaakt van zijn terreurcommando’s, zijn corruptie, of van zijn gewelddadige onderdrukking van dissidente Palestijnen. Ook wanneer Israël in 2004 sjeik Ahmed Yassin, de geestelijke leider van Hamas vermoordt, beschreef een BBC-verslaggever hem als “beleefd, charmant en geestig, een diep religieus man”. Dit ondanks het feit dat onder leiding van Yassin Hamas honderden vermoordde”. “Een zacht links wereldbeeld beïnvloedt teveel van wat de corporatie produceert. Wij mogen meer eerlijkheid van de omroep verwachten wanneer ons wordt gevraagd om ervoor te betalen”. Vladimir Boekovski denkt dat het Westen de Koude Oorlog heeft verloren. “Er waren geen Neurenberg-achtige rechtszittingen in Moskou. Waarom niet? Omdat wij, terwijl we de Koude Oorlog in militaire zin wonnen, we die verloren als het op ideeën aankomt. Het Westen hield een dag te vroeg op, net als in Desert Storm. Stel je voor dat de geallieerden in 1945 tevreden waren geweest met een soort van Perestrojka in Nazi-Duitsland – in plaats van met een onvoorwaardelijke overgave. Wat zou de situatie in Europa dan zijn geweest, om van Duitsland maar niet te spreken. Alle voormalige nazi-collaborateurs zouden aan de macht zijn gebleven, zij het in een nieuwe vermomming. Dit is precies wat er gebeurde in de Sovjet-Unie in 1991″. ”Het communisme zou mogelijk dood zijn geweest, maar de communisten bleven aan de macht in de meeste voormalige Warschau-Pact landen, terwijl hun westerse medewerkers over de hele wereld aan de macht kwamen (vooral in Europa). Dit is niets minder dan een wonder: de nederlaag van de nazi’s in 1945 heeft logischerwijze in de wereld van de politiek geleid tot een verschuiving naar links, terwijl een nederlaag van het communisme in 1991 weer een verschuiving naar links bracht, deze keer tegen alle logica in”. “Het is niet verwonderlijk dat, ondanks de nederlaag van het communisme, radicaal-links in het Westen zichzelf nog steeds moreel superieur acht”. “Toen de nazi’s de Tweede Wereldoorlog verloren, raakte de rassenhaat in diskrediet. Toen de Sovjets de Koude Oorlog verloren bleef het leerstuk van de klassenhaat net zo populair als altijd. “Boekovski stelt dat, hoewel er misschien sprake was van een westerse militaire overwinning, het socialisme nog steeds over de hele wereld heerste als een populair ideologisch idee. Hij schrijft: “Omdat het niet lukte om op een overtuigende manier het communistische systeem uit te schakelen, lopen we nu gevaar om het monster dat eruit voortkomt in onze wereld te integreren. Het mag niet meer het communisme worden genoemd, maar het behield veel van zijn gevaarlijke eigenschappen. . . . Totdat een soort Neurenberg tribunaal erin slaagt om zijn oordeel over alle misdaden van het communisme te vellen, is het niet dood en is de oorlog is nog niet voorbij”. Het cultureel marxisme heeft wortels die terug gaan tot de jaren 1920, toen sommige socialistische denkers de aanval op de culturele basis van de westerse beschaving bepleitten om de weg naar de socialistische overgang te effenen. Het cultureel marxisme is dus niet iets ‘nieuws’. Het is generaties lang samengegaan met het economisch Marxisme, maar het kreeg een grote impuls in het Westen vanaf de jaren 1960 en ’70 en later. Toen de Sovjet-Unie uiteen viel en China het kapitalisme omarmde, verenigden de economische marxisten zich ook in de ‘culturele’ trein, omdat dit het enige spel was dat men kon spelen. Ze hebben geen levensvatbaar alternatief kunnen presenteren, maar dat maakte hen niets uit. Ze geloven echt dat wij, het Westen, zo slecht zijn en uitbuitend dat letterlijk alles beter zou zijn, zelfs een islamitisch kalifaat. Screenshot_10 De ‘Free Congress Foundation’ heeft een interessant boekje online dat ‘Politieke Correctheid’ wordt genoemd: een korte geschiedenis van een ideologie, bewerkt door William S. Lind. Volgens Lind wil politiek correct “het gedrag, het denken, zelfs de woorden die we gebruiken veranderen. Voor een belangrijk deel is dat al gebeurd”. “Wie of wat de taal beheerst, beheerst ook het denken”. ‘Politieke correctheid’ is in feite cultureel marxisme. De poging om het marxisme over te zetten van de economie naar de cultuur is niet begonnen met de studentenopstand van de jaren 1960. Het gaat minstens terug tot de jaren 1920 en naar de geschriften van de Italiaanse communist Antonio Gramsci. In 1923 stichtte een groep marxisten in Duitsland een instituut dat zich wijdde aan die omzetting, het Instituut voor Sociaal Onderzoek (later bekend als de Frankfurter Schule). Een van de oprichters, George Lukacs, verklaarde het doel ervan door antwoord te geven op de vraag: “Wie zal ons redden van de westerse beschaving?” Lind vindt dat er grote parallellen bestaan tussen het klassieke en het culturele marxisme: “Beide zijn totalitaire ideologieën. De totalitaire aard van de politieke correctheid is te zien op [universiteits] campussen waar ‘Politiek Correct’ de macht heeft overgenomen van de universiteit: De vrijheid van meningsuiting, de persvrijheid, en zelfs de vrijheid van het denken zijn allemaal geëlimineerd”. “Vandaag de dag, nu het economische marxisme dood is, heeft het culturele marxisme zijn plek ingenomen. Het medium is veranderd, maar de boodschap is dezelfde: Een samenleving van radicaal egalitarianisme (gedwongen gelijkheidsdenken) dat opgelegd is door de macht van de staat”. “Net zoals in het klassieke economisch marxisme zijn bepaalde groepen, bijvoorbeeld de arbeiders en de boeren, per definitie goed en andere groepen, bijvoorbeeld de ‘bourgeoisie’ en de kapitaalbezitters, slecht. In het culturele marxisme van de politieke correctheid zijn bepaalde groepen ‘goed’, bijvoorbeeld feministische vrouwen. Volgens dezelfde lijn wordt van blanke mannen automatisch aangenomen dat ze slecht zijn en zij worden daardoor het equivalent van de bourgeoisie in het economische marxisme”. Zowel het economische als het culturele marxisme “hebben een methode van analyseren die automatisch de antwoorden geeft die ze willen. Voor de klassieke marxist was dat de marxistische economie. Voor de culturele marxist is dat de ‘deconstructie’. De deconstructie (van alle begrippen die tot dusver golden) neemt in wezen de tekst, verwijdert alle betekenissen ervan en kent er een nieuwe, (politiek correct) gewenste betekenis aan toe”. Raymond V. Raehn is het met Lind eens dat “politieke correctheid marxisme is, met alle gevolgen van dien: Verlies van vrijheid van meningsuiting, gedachtecontrole, omkering van de traditionele sociale orde en, uiteindelijk, een totalitaire staat”. Volgens hem “beoogde Gramsci een lange mars door de instellingen van de samenleving, met inbegrip van de regering, de rechterlijke macht, het leger, de scholen en de media”. “Hij concludeerde ook dat, zolang de arbeiders een christelijke ziel hebben, ze niet zullen reageren op een revolutionair appel”. “Iemand anders van de eerste culturele marxisten, Georg Lukacs, merkte op dat “zo’n wereldwijde omwenteling van waarden niet kan plaatsvinden zonder de vernietiging van de oude waarden en het creëren van nieuwe door de revolutionairen”. Op een bijeenkomst in Duitsland in 1923, “stelde Lukacs voor om het begrip ‘Cultureel Pessimisme’ te ontwikkelen, om de toestand van hopeloosheid en vervreemding te doen toenemen voor de mensen in het Westen, als een noodzakelijke voorwaarde voor de revolutie”. William S. Lind wijst erop dat dit culturele marxisme begon nadat de marxistische revolutie in Rusland in 1917 er niet in geslaagd was om wortel te schieten in andere landen. Marxisten probeerden de oorzaken daarvan te analyseren en vonden die in de westerse beschaving en de cultuur zelf. “Gramsci zei dat de arbeiders nooit hun ware klassenbelangen, zoals die gedefinieerd waren door het marxisme, zouden inzien, totdat ze zouden worden bevrijd van de westerse cultuur, en in het bijzonder van de christelijke religie – omdat door de cultuur en de religie hen het zicht werd ontnomen op de werkelijke belangen van hun klasse. Lukacs, die werd beschouwd als de meest briljante marxistische theoreticus sinds Marx zelf, zei in 1919: “Wie zal ons redden van de westerse beschaving?” Screenshot_17 John Fonte beschrijft hoe deze culturele oorlog nu wordt uitgevochten in de Verenigde Staten, in zijn krachtig stuk: “Waarom er een Culturele Oorlog is: Gramsci en Tocqueville in Amerika”. Volgens hem “wordt er onder de oppervlakte van de Amerikaanse politiek een intense ideologische strijd gevoerd tussen twee concurrerende wereldbeelden. Ik noem deze “Gramsciaans” en “Tocquevilliaans”, naar de intellectuelen die de bedenkers waren van de strijdende ideeën – de Italiaanse denker van de twintigste eeuw, Antonio Gramsci, en natuurlijk, de Franse intellectueel Alexis de Tocqueville uit de negentiende eeuw. De inzet van de strijd tussen de intellectuele erfgenamen van deze twee mannen is niet minder dan [het antwoord op de vraag] wat voor soort land de Verenigde Staten in de komende decennia zal worden”. Antonio Gramsci (1891-1937), de marxistische intellectueel en politicus, “geloofde dat het eerst nodig was om het bestaansrecht te betwisten van de gangbare opvattingen van de dominante groepen en om een ‘contra-hegemonie’ te creëren (dat wil zeggen, een nieuw systeem van waarden voor de ondergeschikte groepen), voordat de gemarginaliseerden het heft in eigen handen kunnen nemen. Bovendien, omdat heersende waarden alle aspecten van het maatschappelijk middenveld doordringen – scholen, kerken, media, vrijwilligersorganisaties – is dat middenveld zelf, zo betoogde hij, het grote slagveld in de strijd om de hegemonie, de ‘oorlog om de positie’. Deze standpuntbepaling heeft een logische consequentie waar Gramsci bekend om staat (en die weerspiegeld wordt in de feministische slogan) - dat alles in het leven op politiek neerkomt, dus het privéleven, het werk, de religie, de filosofie, de kunst en de literatuur, en de burgermaatschappij, in het algemeen, zijn betwiste slagvelden in de strijd om de maatschappelijke transformatie”. Dit is, volgens Fonte, “de kern van het Gramsciaanse-Hegeliaanse wereldbeeld – op de groep gebaseerde moraliteit, of het idee dat datgene wat moreel is de belangen behartigt van de ´onderdrukten´ of van de ´gemarginaliseerde´ etnische, raciale en groepsindelingen op basis van geslacht”. “Het concept van ‘een geïnternaliseerde* onderdrukking’ is hetzelfde als de Hegeliaanse-marxistische notie van ‘vals bewustzijn’*, waarin mensen in de ondergeschikte groepen ‘internaliseren’ en dus de waarden en de denkwijzen van hun onderdrukkers in de dominante groepen accepteren”. “Dit is klassiek Hegeliaans-marxistisch denken. Handelingen (waaronder de vrijheid van meningsuiting) die mensen in een ondergeschikte klasse ‘objectief’ schade berokkenen, zijn onrechtvaardig (en moeten worden verboden)”. Karl Marx schreef al over het “valse bewustzijn” waaronder arbeiders in het kapitalisme leden: religie en nationalisme vertroebelden hun klassenbewustzijn, het inzicht dat zij worden uitgebuit en onderdrukt. Gramsci was ontevreden met Marx’ analyse, die voor hem niet kon verklaren waarom de klassenstrijd zo langzaam voortschreed. De opkomst van het fascisme als vals bewustzijn bij uitstek, leidde Gramsci tot de theorie van de culturele hegemonie. Volgens deze theorie worden ideologisch wenselijke sociale patronen door de heersende klasse door middel van cultuur dominant gemaakt. Door dit systeem van culturele waarden worden revolutionairen steeds verder buiten de orde geplaatst. *Internalisering Met internalisering wordt in de sociologie het proces bedoeld waarbij mensen zich bepaalde sociale regels eigen maken, zodat deze regels na verloop van tijd niet langer worden beschouwd als van buitenaf opgelegde voorschriften maar als richtlijnen die men zelf heeft gekozen. Binnen de sociologie beantwoordt internalisering de vraag waarom mensen zijn wie ze zijn Hij volgt hoe de opvattingen van Gramsci en de culturele marxisten zich hebben verspreid in de hele academische wereld van het Westen. Een professor in de rechten, Catharine MacKinnon, schrijft in ‘Toward a Feminist Theory of the State’ (1989): ”De rechtsorde en de heerschappij van de man komen op hetzelfde neer, ze zijn ondeelbaar” omdat “de macht van de staat, die belichaamd wordt in de wet, binnen de maatschappij bestaat als een mannelijke macht”. Verder is de mannelijk macht vervat in ordenende regels (systemic). Dwingend, legitimerend, en epistemisch (gaat van kennis uit), het is het regime. “MacKinnon heeft betoogd dat seksuele intimidatie in wezen een kwestie van macht is die uitgeoefend wordt door de dominante over de ondergeschikte groep”. Op een academische conferentie die gesponsord werd door de Universiteit van Nebraska, “benadrukten de aanwezigen het standpunt dat “blanke studenten dringend precies geformuleerde ‘training’ in raciale en culturele bewustwording nodig hebben. Het morele doel van een dergelijke opleiding moet de blanke begrippen van privacy en individualisme aan de kant schuiven’”. Screenshot_14 Dit kan soms oplopen tot feitelijke hersenspoeling, die vermomd is als kritisch denken. Fonte vermeldt dat aan de Columbia University, “nieuwe studenten worden aangemoedigd om zich te ontdoen van ‘hun eigen sociale en persoonlijke overtuigingen die ongelijkheid bevorderen’. Om dit te bereiken dringt de assistent decaan van de eerstejaars, Katherine Balmer, erop aan dat ‘training’ nodig is. Aan het einde van de eerstejaars-oriëntatie op Bryn Mawr in de vroege jaren 1990, braken, volgens het school programma, de studenten met ‘de cyclus van onderdrukking’ en ze gingen ‘aanzetten tot verandering’. Het multicultureel programma van de Syracuse Universiteit is ontworpen om studenten te leren dat ze leven ‘in een wereld die wordt beïnvloed door verschillende onderdrukkende problemen, waaronder racisme’ “. John Fonte denkt dat de grootste weerstand tegen de opmars van het culturele marxisme in de Verenigde Staten afkomstig is uit een tegengestelde hoek, die hij het ‘eigentijdse Tocquevillianisme’ noemt. “Zijn vertegenwoordigers nemen de in wezen empirische beschrijving van het Amerikaanse exceptionalisme van Alexis de Tocqueville en roemen de eigenschappen van dit exceptionalisme als normatieve waarden die moeten worden omarmd. “Zoals Tocqueville merkte in de jaren 1830 zijn Amerikanen vandaag de dag net als in de tijd van Tocqueville, veel individualistischer, religieuzer en patriottischer dan de mensen van welke andere vergelijkbare vooruitstrevende natie dan ook”. “Wat met name uitzonderlijk voor Tocqueville (en de hedendaagse Tocquevillianen) was, is het unieke Amerikaanse pad naar de moderniteit. In tegenstelling tot andere modernisten combineerden Amerikanen sterke religieuze en patriottische overtuigingen gecombineerd met een dynamische, rusteloze, ondernemende energie die de gelijkheid van de individuele kansen en het mijden van hiërarchische en ascriptieve groepsopvattingen benadrukt”. Deze strijd wordt nu gevoerd in de meeste Amerikaanse openbare instellingen. “De Tocquevillianen en de Gramscianen botsen over bijna alles wat belangrijk is. De Tocquevillianen geloven dat er te allen tijde objectieve morele waarheden van toepassing zijn op alle mensen. De Gramscianen geloven dat morele ‘waarheden’ subjectief zijn en afhankelijk van historische omstandigheden. De Tocquevillianen geloven in persoonlijke verantwoordelijkheid. De Gramscianen geloven dat ‘het persoonlijke politiek is’. “In de uiteindelijke analyse geven de Tocquevillianen er de voorkeur aan dat de Amerikaanse regering de boodschap van die vaste morele waarheden altijd blijft uitzenden; De Gramscianen willen dat de regering naar hun opvattingen getransformeerd wordt”. “Terwijl het economisch marxisme dood lijkt te zijn, heeft de Hegeliaanse variant ervan, zoals die door Gramsci en anderen is verwoord, niet alleen de val van de Berlijnse Muur overleefd, maar blijft die ook de Amerikaanse republiek uitdagen op het niveau van de meest gekoesterde denkbeelden. Al meer dan twee eeuwen is Amerika een ‘uitzonderlijke’ natie, waarvan een rusteloze ondernemersdynamiek is gehard door patriottisme en een sterke religieus-culturele kern. De ultieme triomf van het Gramscianisme zou het einde betekenen van deze zeer uitzonderlijke toestand. Amerika zou uiteindelijk worden ‘geëuropeaniseerd´: Voorstander van een geleide economie, door en door seculier, post-patriottisch, en betrokken bij groepshiërarchieën en groepsrechten, waarbij de opvatting over gelijkheid voor de wet, zoals die traditioneel door de Amerikanen wordt opgevat, uiteindelijk zou worden afgeschaft. Onder de oppervlakte van onze schijnbaar vreedzame tijden, zijn de ideologische, politieke en historische belangen enorm”. Anthony Browne uit Groot-Brittannië schrijft in ‘The Retreat of Reason’ over hoe de politiek ‘correcten’ intoleranter zijn over verschillen van mening dan de traditionele liberalen of conservatieven, omdat liberalen van vroeger onorthodoxie als normaal accepteerden. Inderdaad het recht om af te wijken was een gegeven van het klassieke liberalisme. De politiek ‘correcten’ geven dat recht geen hoge prioriteit. Het beangstigt hun geprogrammeerde gedachten. Degenen die zich niet aanpassen moeten worden genegeerd, tot zwijgen worden gebracht of belasterd. Er hangt een soort van zacht totalitarisme over politieke correctheid”. “Omdat de politiek ‘correcten’ vinden dat ze niet alleen aan de kant van het recht staan, maar ook van de deugd, volgt daaruit dat de mensen die hun tegenstanders zijn, het niet alleen bij het verkeerde eind hebben, maar ook kwaadaardig zijn. In de Politiek Correcte geest, geeft het streven naar deugd hun het recht de schadelijke opvattingen van de mensen die het niet met hen eens zijn in te perken”. “Mensen die de politiek correcte overtuigingen overtreden, worden niet alleen als fout gezien, mensen met wie men in debat zou moeten treden, maar als slecht, boosaardig zelfs, die veroordeeld moeten worden, tot zwijgen gebracht en verworpen. “Browne definieert politieke correctheid als “een ideologie die bepaalde groepen mensen classificeert als slachtoffers die beschermd moeten worden tegen kritiek en die de (PC) gelovigen het gevoel geeft dat geen verschil van mening mag worden getolereerd”. Hij waarschuwt ook dat ‘De weg naar de hel geplaveid is met goede voornemens’. De wereld heeft geen gebrek aan goede bedoelingen, maar wel vaak gebrek aan een goede manier van redeneren”. Anthony Browne richt zich echter meer op de geopolitieke situatie om de opkomst van politiek correct uit te leggen dan op marxistische strategieën: “Politieke correctheid is in wezen het resultaat van een krachtige, maar decadente beschaving die zich veilig genoeg voelt om van goed redeneren af te zien en in plaats daarvan theatraal-emotioneel te handelen, en om de waarheid te onderwerpen aan ‘goedheid’. Echter, de terreuraanslagen van 11 september 2001, en de aanslagen in Bali, Madrid en Beslan die erop volgden, hebben tot een gevoel van kwetsbaarheid geleid, waardoor de mensen veel realistischer over de werkelijke voor- en nadelen van de westerse beschaving zijn gaan denken”. “Tot op zekere hoogte zullen de opkomst van de grootmachten in het Oosten, in China en in India, de komende decennia ervoor zorgen dat het westerse schuldgevoel zal verschrompelen: omdat het Westen gelijkwaardige grootmachten heeft gevonden waarmee het zich kan vergelijken, het Westen zal niet langer geneigd zijn om zich te wentelen in zelfhaat, maar zal proberen zijn besef van identiteit opnieuw te bevestigen. (…) Uiteindelijk zal in de geschiedenis, de politieke correctheid als een afwijking in het westerse denken worden gezien. De voortbrengselen van de unieke en onbetwiste positie van het Westen en zijn ongeëvenaarde welvaart, het relatieve verval van het Westen ten opzichte van het Oosten, zal waarschijnlijk de ondergang van de politieke correctheid inhouden”. In zijn artikel “Waarom is het socialisme niet dood?” denkt Lee Harris na over de vraag of het socialisme (misschien) niet dood is, omdat het socialisme niet kan sterven. De Peruaanse econoom, Hernando de Soto, heeft in zijn boek ‘The Mystery of Capital’ betoogd, dat de mislukking van de verschillende socialistische experimenten van de twintigste eeuw de mensheid nog slechts een rationele keuze overgelaten als het erom gaat met welk economische systeem men door moet gaan, namelijk met het kapitalisme. Maar, zegt Harris, “het revolutionaire leven van de socialist is veranderd, omdat hij de mythe aanvaardt dat op een dag het socialisme zal zegevieren, en gerechtigheid voor allen de overhand zal hebben”. Zo is er “een … analogie tussen religie en het revolutionaire socialisme dat zich richt op de leertijd, de voorbereiding, en zelfs de reconstructie van het individu -. een gigantische taak”. “Het is goed mogelijk dat het socialisme niet dood is, omdat het socialisme niet kan sterven. Wie wil niet dat de goddeloze en de arrogante hun trekken thuis krijgen? Wie van de onderdrukten en de onteigenden kan niet worden geroerd door de belofte van een wereld waarin alle mensen gelijk zijn, en een ieder krijgt wat hij nodig heeft”? Screenshot_18 Misschien fungeert het socialisme een beetje als de griep: Het blijft muteren en zodra je immuunsysteem een aandoening heeft verslagen, verandert het net genoeg, zodat dat je lichaam het niet herkent en dan een andere aanval inzet. Politieke Correctheid kan absurde vormen aannemen. Begin juni 2006 arresteerde de Canadese politie een groep mannen die werden verdacht van het plannen van terroristische aanslagen. Van de groep werd beweerd dat ze ‘goed op schema lagen met hun plan’ om een aantal Canadese instellingen aan te vallen, waaronder het parlement van Canada, met inbegrip van een mogelijke onthoofding van de minister-president, en een aanval op de metro van Toronto. Echter, het hoofdartikel van het verhaal van de ’Toronto Star’ over de arrestatie was als volgt: “In onderzoekbureaus liet een ingewikkeld schema zien welke contacten er tussen de 17 mannen bestond en welke tieners beschuldigd waren van lidmaatschap van een terroristische cel van eigen bodem. Dit schema bedekte bedekte ten minste een wand. En toch, zegt een bron, is het moeilijk een gemeenschappelijke noemer te vinden! “De assistent commissaris van de Royal Canadian Mounted Police, Mike McDonell, zei dat de verdachten allemaal inwoners waren van Canada waren en de meesten waren Canadese burgers. “Zij vertegenwoordigen de brede lagen van onze gemeenschap. Sommigen zijn studenten, sommigen hebben een baan, sommigen zijn werkloos” zei hij. Er was echter één gemeenschappelijke noemer voor de verdachten die niet werd genoemd: Ze waren allemaal moslim. In het hoofdartikel van de ‘New York Times’ (4 juni), stond ook een studie hoe men kon voorkomen dat het de gevreesde ‘M’ gebruikt werd. De terreurverdachten werden aangeduid als ‘inwoners van Ontario’ , ‘Canadese ingezetenen’, ‘de groep, ‘hoofdzakelijk van Zuid-Aziatische afkomst’ of ‘goede mensen’. Alles was denkbaar, zolang maar niet het woord ‘moslims’ gebruikt werd. De politiechef van Toronto, Bill Blair, merkte tijdens de persconferentie naar aanleiding van de arrestaties, trots op: “Ik zou u eraan willen herinneren dat er op geen enkele manier door de instanties die de wet handhaven is verwezen naar de islam of naar de islamitische gemeenschap”. Vóór de lancering van de antiterreur aanvallen kreeg de Canadese politie ‘sensitivity training’ en werden zij zorgvuldig geïnstrueerd in de islamitische tradities, zoals het hanteren van de Koran, het gebruik van gebedsmatten, en het zichzelf opblazen in de loop van een arrestatie. Zoals Charles Johnson van het blog ‘Little Green Footballs’ opmerkte: “Trekt de Canadese politie dergelijke overwegingen ook door naar de christelijke, Joodse, hindoeïstische of andere geloofsrichtingen? Als ze dat niet doen, dan hebben de moslims al een belangrijke erkenning gekregen als ‘bijzondere’ mensen”. Toen ze reageerden op de arrestaties, beweerden de ‘Globe’ and de ‘Mail’ dat “het misschien wel de meest politiekcorrecte terrorisme inval in de geschiedenis is geweest”. Canada’s geheime veiligheidsapparaat had serieuze pogingen ondernomen om zijn imago onder moslims te verzachten, om veel wat er in de voorgaande jaren was gebeurd te verdoezelen. De federale overheid in Canada overwoog wijzigingen in de antiterrorisme wet, om duidelijk te maken dat de politie en de veiligheidsagenten zich niet bezighouden met religieuze profilering. De ‘Calgary Sun’ interviewde een Canadese criminoloog, professor Mahfooz Kanwar, die verklaarde dat “het multiculturalisme slecht is geweest voor de eenheid in Canada. Het plaatst mensen in getto’s, het doet hen ten onrechte geloven dat het in orde is als men zich isoleert en zich niet aanpast aan hun nieuwe samenleving. Dat is niet zo”. Politieke correctheid bedreigt ons, want we kunnen niet vechten tegen iets wat we weigeren te duiden en te begrijpen. “Kanwar zei dat de hoeveelheid politieke correctheid tijdens de arrestaties van 17 moslims in het Toronto gebied ‘misselijkmakend’ was. “De politieke correctheid is doorgeslagen”. “De politieke correctheid bedreigt onze samenleving ” zei de in Pakistan geboren Kanwar. “Het is de verantwoordelijkheid van de minderheden om zich aan te passen aan de meerderheid, niet andersom”, voegde Kanwar toe. Ondertussen verweet het Canadees Islamitisch Congres de Canadese regering dat zij op geen stukken na genoeg geld voor het probleem gaven. Ze wilden meer geld voor onderzoek om “de problemen wetenschappelijk te diagnosticeren en voor het bedenken van oplossingen”. Ze wilden ook een landelijke “Smart Integratie programma,” wat dat ook moge betekenen. Gezien het feit dat moslims in Canada onlangs druk hebben gezet achter de gedeeltelijke uitvoering van de sharia-wetgeving in het land, zou men verwachten dat ‘verstandige integratie’ betekent dat niet-moslims een beetje meer ‘appeasement’ moeten tonen. Immers, als de Canadese autoriteiten luisteren naar het advies van hun landgenote Naomi Klein, dan zouden deze geplande massamoorden van Canadese burgers allemaal te wijten zijn aan Canadees racisme en aan het feit dat het land niet multicultureel genoeg is. Moslims willen Canadezen doden, Canadezen glimlachen terug en vertellen hen hoeveel ‘respect’ zij voor hen hebben en vragen wat zij nog meer kunnen doen om hen te behagen. Dit is waar politieke correctheid uiteindelijk toe leidt. Het is niet leuk en het is geen grap. Politieke correctheid vermoordt. Het heeft al duizenden westerse burgers gedood en als er niet wordt opgetreden kan het snel hele naties ombrengen en in het geval van Europa, een heel continent. Zoals ik al eerder heb gezegd, de islam is slechts een secundaire infectie, waarvoor we normaal gesproken de kracht zouden hebben gehad om die te weerstaan. Het cultureel marxisme heeft het Westen verzwakt en heeft ons rijp gemaakt voor een overname. Het is culturele AIDS, dat ons immuunsysteem aanvreet, tot het te zwak is om de islamitische infiltratiepogingen te weerstaan. Het moet worden vernietigd, voordat het ons allemaal vernietigt. De links-islamitische alliantie zal grote gevolgen hebben. Of zij zullen het Westen verslaan, of ze zullen beiden ten onder gaan. We hebben nooit echt de Koude Oorlog zo beslissend gewonnen als we zouden hebben moeten doen. Het marxisme mocht in stand blijven en ons nogmaals aanvallen door ‘stealth en proxy’ [in het geniep en indirect]. Dit flirten met de moslims zou echter mogelijk meer verwoestend kunnen blijken te zijn voor de marxisten dan de val van de Berlijnse Muur. Zoals William S. Lind aangeeft: “Hoewel het al laat is, is de strijd nog niet beslist. Zeer weinig Amerikanen beseffen dat politieke correctheid in feite marxisme in een ander stel kleren is. Als dat besef zich verspreidt, dan zal het verzet zich ook verspreiden. Op dit moment heeft politieke correctheid succes omdat zij zich vermomt. Door middel van verzet, en door middel van scholing van onze kant, (scholing zou deel moeten uitmaken van elke daad van verzet), kunnen we haar camouflage weghalen en het marxisme onder de ‘window-dressing’ (misleiding) van ‘fijngevoeligheid’, ‘tolerantie’ en ‘multiculturalisme’ te voorschijn halen. Politieke correctheid is marxisme met een gezichtsreconstructie. Het multiculturalisme gaat niet over tolerantie of diversiteit, het is een antiwesterse haatideologie, die is ontworpen om de westerse beschaving te ontmantelen. Als we dit kunnen aantonen dan is een belangrijk onderdeel van de strijd al gewonnen. Fjordman woont in Noorwegen. Hij draagt bij aan ‘Brussels Journal’, ‘Gates of Vienna’ en ‘Faith Freedom International’ en aan nog meer websites. Zijn persoonlijke blog (momenteel niet actief): fjordman.blogspot Screenshot_19 Bron: islam-watch.org/Fjordman/political_correctness_marxism.htm Auteur: Fjordman Vertaald uit het Engels door: Wachteres & Henk V. (voor ejbron.wordpress)
Posted on: Tue, 01 Oct 2013 19:37:14 +0000

Trending Topics



Recently Viewed Topics




© 2015